Wat is een familieopstelling

In een familieopstelling kijken we systemisch naar jouw vraag.
Dat betekent: we kijken niet alleen naar jou,
maar naar het grotere geheel waar jij deel van uitmaakt.
Jouw familiesysteem.

 

Daarmee bedoel ik niet dat je je hele familie hoeft mee te nemen.
Je komt gewoon alleen.
En toch komt het systeem mee; in jou, via jou.
Ook als je geadopteerd bent.


Een opstelling geeft helderheid en maakt zichtbaar wat je misschien intuïtief al voelde,
maar wat je nog niet kon duiden.
Wat heb je meegenomen uit je familie van herkomst?
Welke boodschappen, zichtbaar of verborgen, draag je met je mee.
Sommige helpen je, andere houden je klein.

Een opstelling is éénmalig, maar kan voelen als het verleggen van een steen in de rivier. Soms groot, soms klein, maar het water stroomt daarna anders.
Dit effect kan weken tot maanden doorwerken.
Op een later moment kan er een nieuwe vraag komen die je een keer wilt onderzoeken.

 

Hoe ziet een opstelling eruit

Veel mensen kiezen voor een privé opstelling
Ik werk het meest met vloerankers, vilten matjes.
We beginnen met een kort gesprek waarin we de hulpvraag bespreken.


Dan halen we de  aandacht bij je vandaan en zoomen uit naar het grotere geheel.
Personen of andere elementen uit de vraag worden neergelegd in de ruimte. 
Op deze plekken kunnen verschillende sensaties gevoeld worden.
Bijvoorbeeld: Spanning of ontspanning, blijdschap of verdriet.
We nemen uitgebreid de tijd om samen alle stappen te ervaren en te bespreken.

En zo ronden we de opstelling af zodat jij op jouw goede plek staat.

Na de opstelling bespreken we kort na, maar analyseren niet.
Ik adviseer mensen om na de opstelling er een dag niet over te praten, zodat de gevoelens
rustig kunnen indalen.

Zo ontstaat er ruimte.
Voor iets nieuws.
Voor jezelf.


Voorbeelden van thema’s die je kunt onderzoeken:

• Je voelt je vaak verantwoordelijk voor anderen.
• Je kunt moeilijk "nee" zeggen.
• Je zorgt voor iedereen, behalve voor jezelf.
• Je hebt het gevoel dat je er niet helemaal mag zijn.
• Je wilt jezelf beter begrijpen, ook in de dynamiek met je familie.
• Je blijft twijfelen, wat je ook kiest.
• Je saboteert jezelf steeds op het laatste moment.
• Je mist richting of zingeving.
• Je voelt je schuldig, maar weet niet waarom.
• Je raakt snel overprikkeld of uitgeput.
• Je blijft loyaal aan iets dat niet meer klopt.